Mei 2014
DE LANDMAN VAN LATEM
de weidegebieden omlijnt hij
met hoefgetrappel en hoorbaar grazen,
door de stallen waait hij,
aarzelt bij vergeten alaam,
als een spoorzoeker doorkruist hij
de bossen, blaast nevel in de ogen,
spant rag rond de wezenloze hoofden
van verloren gelopen jagers,
in struikgewas verbergt hij
de aangeschoten prooi en nog verder
van de bewoonde wereld weent hij
bij onwaarschijnlijk blauwe beken.
(F.A.Brocatus - uit: Bittere rijst - WEL - Bergen op Zoom - 1996)