LANDSCHAPPEN
I.
Hij heeft het koudblauwe metaal
verbannen, een rode ballon gevuld met
helium. Er is het glijden op thermiek,
het stilstaan in een rieten mand. Hij heeft
zijn kraag opgezet, zijn ogen bezonnebrild.
Landschappen verschuiven onder hem: het kind
dat zijn doos met legoblokjes omgestoten heeft.
(F.A. Brocatus – uit: Sanguines, gedichtenbundel in voorbereiding)