Maand gedicht november 2019
LANDSCHAPPEN
III.
In het glas ziet hij de raamverdeling
waardoor een tak van een boom heel
blijft en toch gebroken wordt door zes
vensterdelen. Hij verandert van plaats,
ziet de tak plaatsmaken voor meer licht,
en als hij op zijn hurken zit groeit de tak
doorheen het raam als een kruin op hem.
(F.A.Brocatus - uit: Sanguines, gedichtenbundel in voorbereiding)
Maand gedicht oktober 2019
LANDSCHAPPEN
II.
Hij wandelt in de mist en denkt aan
de afwezigheid van bladeren aan bomen.
Op elk moment zouden er vogels kunnen
opfladderen, maar het blijft roerloos. Nauwelijks
merkbaar buigen de dunste twijgen in kale bomen.
Het landschap is grijs en hij beweegt met zijn hand:
het is alsof hij een verduisteringsgordijn ophaalt.
(F.A.Brocatus - uit: Sanguines, gedichtenbundel in voorbereiding)
Maand gedicht september 2019
LANDSCHAPPEN
I.
Hij heeft het koudblauwe metaal
verbannen, een rode ballon gevuld met
helium. Er is het glijden op thermiek,
het stilstaan in een rieten mand. Hij heeft
zijn kraag opgezet, zijn ogen bezonnebrild.
Landschappen verschuiven onder hem: het kind
dat zijn doos met legoblokjes omgestoten heeft.
(F.A. Brocatus – uit: Sanguines, gedichtenbundel in voorbereiding)
Maand gedicht augustus 2019
DE JAREN RIMPELEN ROND ONZE OGEN
Dagen liggen als veelbetreden stoeptegels
en er groeit verbetener onkruid in de voegen.
Kon ik het maar: wind vangen in een draad
en onzichtbaar blijvend elektrisch worden.
Maar er zijn haperingen, storingen gevolgd door
korte sluitingen. Jij kent de uren waarin gemarmerd
vloeipapier mijn woorden dept. Jij zet brood en
koffie op tafel en in het uur van de wolf eet ik.
De jaren rimpelen rond onze ogen en monden.
Wij lieven met vervallende lichamen en soms
vrezen we na zo lang samen het ogenblik waarop
niemand zal vragen om het licht uit te doen.
(F.A.Brocatus - ongepubliceerd)