Maandgedicht januari 2022
Zondagmiddag met 18e eeuwse cello
Jouw binnenhand raakt onvertogen
bij mij meer dan een gevoelige snaar,
een 18e eeuwse cello stuurt jouw ogen
tot wij meanderend monden in elkaar.
(F.A.Brocatus – gepubliceerd in De Vallei, jrg.11, nr.48, december 2021)
Maand gedicht december 2021
ARCHEOLOGIE
Riemgordel met mes van zwart obsidiaan
Een riemgordel onder een schild en van een paard
het bronzen bit, de achtergebleven hoeven.
Zoals hij rechtstaand woorden zoekt zijn hand de klanken
aftast en achter hem een wolk een berg beklimt ( later vertelt
iemand hem van regen). Zoals hij daar onder sleutelbeenderen
staat een huis met dubbele ramen op ooghoogte in gedachten.
Blootshoofds onder de zon hij zich verwondt
aan het zwarte obsidiaan van zijn eerste mes.
Muurtekening en chaise-longue
Hun hoefgeroffel uitgestorven bizons
en paarden in roestbruin getekend.
Zoals zij daar ligt op een chaise-longue in haar
lichtende bleekheid verlangt naar een blauw
met diepte om in te verdwijnen. Zoals zij daar
een spiegel breekt en binnensmonds bloedt.
Een muurtekening staat in haar herinnering scherp omlijnd,
opgedroogd zoals toen zij van meisje naar vrouw.
Vuistbijl met handbeen en houtsplinter
Een silex vuistbijl in verbleekt handbeen:
kaart waarop alle wegen verdwenen.
Zoals hij daar ligt op het bed in zijn oude lichaam
verschuift naar de rand van een trager bewegend
beeld. Zoals hij daar zijn ogen loslaat, rozen op
het laken, zijn handen laat vasthouden.
Een bliksem slaat in en klieft de oudste beuk,
een jongetje bewaart zijn leven lang een houtsplinter.
(F.A.Brocatus – ongepubliceerd)
Maand gedicht november 2021
ZELFPORTRET MET MES
Dik is het bloed van ossen
in wankelende okshoofden.
In de maand van het meest
geslepen mes scheurt het bit
mijn mondhoeken. Het kluwen
van lijnen rond het heft noem ik:
hand. Ik spreek zoals vlees
op ladders gespalkt, ik sterf uit.
(F.A.Brocatus - uit: "Rozenoog, zeekelk" (2006) - WEL, Bergen op Zoom)
Maand gedicht oktober 2021
het klinkt als een klok
waarvan zij de klepel heeft
als zij zegt fabel mij
hij zet lege flessen op een rij
morst wijn op bloemen
en zoekt het brandend blauw
in de noten van haar ogen.
(F.A.Brocatus - uit: Gezangen van zout en zilver - ongepubliceerd)