KORT STAAN DE DAGEN
Kort staan de dagen kaal
in hun bomen aan takken
groeit donker en winter.
Maar mijn oog gloeit, zorgvuldig
kies ik, sprokkel decemberhout
en vlecht deuren uit vleugels,
van vogels leg ik het herfsthart
te vinden in het nestwarme huis
van klokken en kamers.
(F.A.Brocatus - uit: "Rozenoog, zeekelk" - WEL - Bergen op Zoom, 2006)